DIKUL - logo
E-viri
Celotno besedilo
  • Genaralists en specialist o...
    Kwak, M M

    Entomologische berichten, 01/2012, Letnik: 72, Številka: 1-2
    Journal Article

    Many plant species are visited by a variety ot insect species, each with its own pollination efficiency. Plant pollination is the overall result of all visiting insects but the insect's effectiveness may influence the quality of pollination (number of pollen deposited, purity of pollen depositions and chance of cross pollination). Specialist pollinators are expected to refine their plant choice to one or a few plant species with the consequence that their body load may be rather pure but they do not consequently deposit most pollen grains. The unspecialized plant species Scabiosa columbaria (small scabious, Dipsacaceae) offers the opportunity to analyze the contributions to pollination of both generalist and specialist insect species in the core (France) and more to edge of its distribution (The Netherlands). Several behavioral characteristics were considered as most important for the quality of pollination: size and purity of the pollen body load, flight distance between two visits, number of Scabiosa pollen deposited per head and per stigma per second. Dasypoda argentata (a specialist bee species, males and females) scored high for most of the characteristics. The other insect groups (syrphids, honeybee, bumblebees and butterflies) were more moderate to poor pollinators. Butterflies scored only high for flight distances but not for the other variables. No insect species pollinated the head completely during a single visit. Small flies (Siphona geniculata) were very poor pollinators. All insect taxa contributed to the pollination of S. columbaria but they differed largely in various aspects of the quality of pollination. During the morning most pollengrains per stigma per second were deposited. Differences between data collected during the morning and afternoon were pronounced so it is emphasized to collect comparable data within a short time period.Original Abstract: Veel plantensoorten worden door een aantal insectensoorten bezocht. Het gezamenlijke effect van alle bloembezoekers bepaalt de mate van bestuiving van een plantenpopulatie. Elke insectensoort heeft zijn eigen bestuivingefficientie en daarmee een uniek effect op de bestuiving zowel kwalitatief (aantal gedeponeerde korrels met een bepaalde herkomst) als kwantitatief gezien. Specialisten beperken hun bezoeken tot een of enkele plantensoorten en daarom wordt gedacht dat zij vrij zuivere stuifmeelladingen bij zich hebben wat gunstig is voor bestuiving. Duifkruid biedt de mogelijkheid om het effect van verschillende soorten op bestuiving te onderzoeken. De plant is erg aantrekkelijk voor insectensoorten en de stuifmeelkorrels zijn direct na depositie op de stempels met een loep te tellen. Nederlandse en Franse populaties van duifkruid worden door een groot aantal insectensoorten bezocht en bestoven. De bestuivingefficientie is geanalyseerd waarbij verschillende gedragskenmerken onderzocht zijn, zoals de grootte en zuiverheid van de stuifmeellading op het lichaam, de vliegafstanden tussen twee bloembezoeken en het aantal duifkruidkorrels gedeponeerd per minuut. De (in Nederland niet inheemse) pluimvoetbij Dasypoda argentata, een specialist op duifkruid, scoort voor zowel de vrouwtjes als de mannetjes erg goed op deze kenmerken. De andere insectensoorten - de honingbij, zweefvliegen, hommels en vlinders - waren middelmatige tot slechte bestuivers. Vlinders vlogen als enige groep vrij lange afstanden tussen twee bloembezoeken, maar deponeerden slechts weinig stuifmeel op de stempels. Geen enkele soort bestoof tijdens het bezoek het bloemhoofdje in zijn geheel. Duifkruidbloemhoofdjes moeten meerdere malen bezocht worden om geheel bestoven te worden. Alle insectengroepen dragen bij aan de bestuiving van een populatie planten maar de ene soort per bezoek meer dan de andere. Het bleek dat de verschillen tussen de gegevens verzameld 's morgens en 's middags groot waren. Om tot een goede vergelijking te komen is het belangrijk op hetzelfde moment van de dag voor alle insectengroepen gegevens te verzamelen.